ddj-logo

Btw op sportbeoefening naar 21% btw vanaf 2026

2 oktober 2024

Sport bij commerciële aanbieders

Bij sport gaat het om gelegenheid geven tot sportbeoefening en baden, in combinatie met de terbeschikkingstelling van een sportaccommodatie door commerciële aanbieders. Commerciële aanbieders zijn instellingen met een winstoogmerk. Denk aan fitnessen op een sportschool of schaatsen op een schaatsbaan. Het voorstel is om de btw die over het sportabonnement of de toegangsprijs berekend wordt, te verhogen naar 21%.

Let op! Sportlessen die plaatsvinden zonder dat een sportaccommodatie ter beschikking wordt gesteld zijn op dit moment al belast tegen 21% btw.

Sport bij niet-winst beogende aanbieder

Het sporten bij niet-winst beogende aanbieders, zoals de plaatselijke voetbalvereniging of hockeyclub, is niet in het voorstel betrokken. Daar blijft, net als nu, de btw-vrijstelling gelden en blijft de btw over de contributie dus 0%.

Ook toegang tot wedstrijden naar 21% btw

Het voorstel is om ook de btw op de toegangsprijs tot sportwedstrijden vanaf 2026 te verhogen naar 21%.

Let op! Dit betreft niet alleen de toegang tot sportwedstrijden bij de professionals, ook de toegangsprijs bij amateurwedstrijden van sportverenigingen wordt verhoogd naar 21% btw.

Vooruitbetalingen in 2025 ook al tegen 21% btw

Betalen klanten in 2025 al voor sport die plaatsvindt in 2026? Dan moet de commerciële sportaanbieder ook in 2025 al 21% btw berekenen. In het wetsvoorstel is namelijk opgenomen dat voor het bepalen van het btw-tarief niet het moment van betaling van belang is, maar het moment van sportuitoefening. Wordt bijvoorbeeld in oktober 2025 een abonnement betaald dat loopt van 1 oktober 2025 tot 1 oktober 2026, dan is over 3/4 van het abonnement 21% btw verschuldigd.

Let op! Het wetsvoorstel moet nog door zowel de Tweede als de Eerste Kamer worden aangenomen. De btw-verhoging en de voorwaarden staan daarom nog niet definitief vast.